De Klassieke Periode  1750 - 1820

De Klassieke periode werd ook wel Classicisme genoemd.
Aan de periode van het classicisme ontleent de klassieke muziek haar naam.

Binnen de muziekgeschiedenis is deze periode echter zeer kort, en omvat hoofdzakelijk de periode waarin Wolfgang Amadeus Mozart en Joseph Haydn en hun vele tijdgenoten hun werken componeerden.

Ook de vroege werken van Ludwig van Beethoven worden hiertoe gerekend, maar hij geldt vooral als degene die de muziekgeschiedenis stuurde in de richting van de romantiek.

Een van de belangrijkste vernieuwingen, is het gebruik van tekens om de dynamiek (hard en zacht) te noteren (zoals P voor zacht en F voor luid).

Langzamerhand begint de pianoforte (het toetsinstrument waarop men zowel hard als zacht kan spelen) aan een sterke opmars.
Ze maakt de weg vrij voor de opkomst van de piano.

de Klassieke periode


In de klassieke periode ontstaan nieuwe vormen: de sonate, de symfonie, en nieuwe bezettingen zoals het pianotrio, het strijkkwartet  en het (dan nog kleine) symfonieorkest.

Van de vormen uit de barokperiode verdween het concerto grosso ten gunste van de symfonie. Ook de barokke danssuite maakte plaats voor het divertimento en de serenade.

Andere genres zoals opera en oratorium bleven volop gehandhaafd.

De term Eerste Weense School is van toepassing omdat Haydn, Mozart, Gluck, Salieri, Beethoven en Schubert het beslissende deel van hun carrière in Wenen woonden en werkten.

 

Enkele vormen van de Klassieke periode zijn:


Bekende componisten uit de Klassieke Periode

Johann Christian Bach
Carl Philipp Emanuel Bach
Ludwig van Beethoven
Luigi Boccherini
Muzio Clementi
Christoph Willibald Gluck
Joseph Haydn
Wolfgang Amadeus Mozart
Leopold Mozart
Gioachino Rossini
Antonio Salieri
Franz Schubert